100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Summary Management van organisaties, ISBN: 9789464143591 Inleiding management

Beoordeling
-
Verkocht
1
Pagina's
68
Geüpload op
24-05-2022
Geschreven in
2021/2022

Samenvatting van het volledige boek

Instelling
Vak











Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Gekoppeld boek

Geschreven voor

Instelling
Studie
Vak

Documentinformatie

Heel boek samengevat?
Nee
Wat is er van het boek samengevat?
Onbekend
Geüpload op
24 mei 2022
Aantal pagina's
68
Geschreven in
2021/2022
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

DEEL I: ORGANISATIES, MANAGEMENT EN MANAGERS

H1: ORGANISATIES

1.1 ALGEMENE DEFINITIE: WAT IS EEN ORGANISATIE?

- = geheel/eenheid van mensen die op een bewuste manier bij elkaar zijn gebracht om een specifiek
gemeenschappelijk doel te verwezenlijken
- Vb. ziekenhuis: arts, verpleger, laborant, vrijwilliger,… werken samen om zieken zorg te verstrekken
- 3 basiskenmerken
o Groep van mensen
o Gebouwd rond een of meerdere gemeenschappelijk(e) doel(en)
o Bewust gecoördineerde eenheid en bevat doelgerichte structuur
- Kenmerken k variëren in tijd, door:
o Externe invloeden (komend van buiten de org.) vb. wensen/noden klant
o Interne invloeden (komend van in de org.) vb. wensen medewerkers

1.2 EEN ORGANISATIE: EEN GROEP VAN MENSEN

- Org. ontstaan en bestaan door mensen (geven org. vorm)
- Studie van org. = studie menselijk gedrag
- Organizational behaviour
o = Studies over org., bundeling van vakgebieden die soort menselijk gedrag bestuderen
o Vooral sociale wet. : psychologie, sociologie, antropologie
o Economie? Goed beheer van schaarse middelen om behoeften te bevredigen (niet in OB)
- Org. veel verschillende mensen: heterogene groep van medewerkers/organisatieleden
- Organisatieleden op basis functie/rol
o Eigenaars: eigen kapitaal w ter beschikking gesteld v/d organisatie
o Managers: sturen/ beheren organisatie
o Arbeiders/bedienden: realiseren taken die voorvloeien uit bestuur en beheer org.
- Organisatieleden op basis hiërarchische verantwoordelijkheden en bevoegdheden
o Leidinggevenden: nemen op basis van gedragen bevoegdheden en verantw. beleidsbeslissingen
o Niet-leidinggevenden: ondergaan uitgeoefende bevoegdheden en verantwoordelijkheden
- Organisatieleden op basis expertise
o Designers: ontwerpen product of dienstverlening
o Technische specialisten: maken product
o Verkopers: verkopen van product/ dienstverlening aan klant
o Boekhouders: beheren financiële geldstromen
o Juridische specialisten: waken over naleving wetten en reglementen
- Organisatieleden op basis van productiebetrokkenheid
o Alle leden betrokken bij ontwerp, realisatie en verkoop v/e product X
o “ “ v/e product Y
- Organisatieleden op basis van regiobetrokkenheid
o Alle organisatieleden actie in de regio X
o “ “ Y
- Organisatieleden op basis van sociodemografische kenmerken
o Alle mannelijke en alle vrouwelijke organisatieleden
o Alle medewerkers onder de 40j en alle oude boven 40j
- ➔ Heterogeniteit leden impliceert andere kijk op wat belangrijk is (door andere normen en waarden)
- Vb. winkelketen: eigenaars: winst, verkopers: uitstraling en sfeer

,- Gevolgen van heterogeniteit voor gemeenschappelijk doel en algehele structuur:
o Identificatie gemeenschappelijk doel
▪ Verzoenbaar met waarden & normen van alle groepen van leden
▪ Complexer op individueel niveau (individu v/e groep kan andere persoonsgebonden
doelen hebben)
o Structuur organisatie (niet evident verschillende groepen samen te laten werken)
- Waarden en normen: deel v/e org. = eigen groeps- en persoonsgebonden W&N in organisatie
- Organisatiecultuur = geheel aan gemeenschappelijke W&N die alle organisatieleden delen
o “persoonlijkheid van de org.”: stuurt denken en handelen v/d integrale org.
o Uiting cultuur:
▪ Praktijk werkvoorschriften, routines afspraken
▪ Symbolen kleding, logo, architectuur
▪ Mythes/heldenverhalen vroegere crisis (deel van collectief geheugen)
▪ Rituelen aanspreking, manier van vergaderen
▪ Normatieve waardeoordelen guiding beliefs (wat is goed of slecht?)
o Zekere rangorde: uitingsvorm zichtbaar en veranderbaar OF
minder zichtbaar en veranderbaar (= fundamentele uitingsvormen)

o Vb. Hofstede (2003) ui-voorstelling
▪ Fundamentele cultuuruitingen tg kern, minder
fundamenteel: buitenste schillen




1.3 EEN ORGANISATIE: EEN ‘GEMEENSCHAPPELIJK’ DOEL

- = gewenste toekomstige toestand, een streefdoel
- Org.-leden beslissen op basis eigen waarden, normen wensen én in fct. Invloeden uit externe omgeving
- Doelen op basis v/h voorwerp
o Met betrekking tot aankoop van grondstoffen
o Met betrekking tot omvang van productie
o Met betrekking tot aanwerving van medewerkers
- Doelen op basis v/h organisatieniveau
o Met betrekking op totale organisatie
o Met betrekking op één bepaalde afdeling
o Met betrekking op één bepaalde groep van organisatieleden
- Doelen op basis v/d tijdhorizon
o Langetermijndoelen - middellangetermijndoelen – kortetermijndoelen
- Doelen op basis v//h vormelijk karakter
o Informele doelen: niet neergeschreven in formele, raadpleegbare documenten
o Formele doelen: neergeschreven in officiële, raadpleegbare documenten
- Alle doelen samen: complex en omvangrijk geheel
o Doelencascade/ doelenhiërarchie: doelen ook onderling verbonden OF ondersteunen elkaar
o Doelen k elkaar ook tegenwerken OF los staan van elkaar
o Complexiteit → niet alle leden kennen alle doelen → interne communicatie / infoversterking
- Verschillende functies v doelen
o Doelen als richtlijnen voor activiteiten of gedrag
o Doelen als richtlijn voor nieuwe, toekomstige beslissingen en doelen (continuïteitsdenken)
o Doelen als basis voor evaluatie en controle op geleverde prestaties

,- ‘gemeenschappelijke doel’
o = centrale, overkoepelende doel v/d organisatie (bestaansreden vd org.)
o Identificatie:
▪ Reële of toekomst te verwachten maatschappelijke nood + invulling via product/dienst
▪ Voortvloeiend uit dominante persoonsgebonden wensen
o Bevat basiskeuzes omtrent product/dienst → deel v strategische missie
▪ Specifieke kenmerken (vb. innovatief, kwaliteitsvol, trendy,…)
▪ Te respecteren W&N bij verstrekking ervan (vb. respect privacy, niet discrimineren WN)
▪ Te gebruiken technologie (vb. standaard, nieuwe…)
- Doelen vormen belangrijk aandachtspunt voor management (vooral aspecten plannen en controleren)

1.4 EEN ORGANISATIE: EEN BEWUSTE STRUCTUUR OF STURING

- Organisatiestructuur: afspraken rond verdeling en afstemming v/d taken ter behalen van doelen
- 2 gezichten: formeel en informeel
o K elkaar aanvullen en versterken
▪ Vb. formele bevredigt sociale behoeften WN + stimuleren samenhorigheid,
communicatie, conflictoplossingen én informele: vlotte afspraken en overleg
o Informele kan formele ondergraven
▪ Informele afspraken staan haaks op formele → conflict
Formele organisaties Informele organisaties
- Taken (gebundeld in rollen/functies) primeren - Mens (die activiteit, rollen, functie uitvoert)
en staan dus centraal primeert en staat dus centraal
- Bestaat onafhankelijk van lidmaatschap van - Bestaat enkel in functie v/d mensen en
mensen/organisatieleden organisatieleden v/d organisatie
- Afspraken w expliciet en officieel - Afspraken w impliciet opgeslagen in hoofden
neergeschreven in regels, procedures en v organisatieleden
documenten
- Afspraken zijn in principe vrij vast en stabiel - Afspraken zijn in principe makkelijk
(enkel veranderbaar door volgen van officiële veranderbaar, via onderling overleg en
procedures met inachtneming v heersende persoonlijke afstemming (vrij flexibel en
bevoegdheids- en verantwoordingsverhouding makkelijk veranderbaar)
(weinig flexibel))
Direct zichtbaar: structuur, regels, procedures, Onzichtbaar voor externen: coalities, macht,
werkverdeling, beleid, producten, financiën… moraal, informeel leiderschap, sociale codes, …
- Structuur = belangrijk aandachtspunt binnen managementactiviteiten: organiseren en leiden

1.5 EEN ORGANISATIE: EXTERNE INVLOEDEN OF DE OMGEVING

- Externe invloeden (juridische afbakening)
- Grens tussen beide niet altijd absoluut en eenduidig
- Situatie 1: intense samenwerking: grenzen rond activiteiten vervagen, juridische grenzen blijven bestaan
o Vb. autofabrikant doet beroep op externe meubelmaker voor zetelbekleding
- Situatie 2: org. afhankelijk v/e bepaalde actor → betrekt deze direct/actief bij uitstippeling beleid
o M.a.w. externe actor bepaalt mee interne beleid (formele grens vertroebelt)
- Situatie 3: identiteit slecht zichtbaar of fysiek tastbaar
o Vb. “.com”-bedrijven → verschijning enkel in digitale ruimte, niet fysieke ruimte
- Situatie 4: virtuele org. = netwerk van diverse onafhankelijke org., waarbij elke org. één bepaalde activiteit
voor haar rekening neemt
o Virtueel? Org. h geen eigen identiteit/ fysiek waarneembare vorm
o Onafhankelijke org./partner vertegenwoordigt één stukje v/d virtuele org.
- Externe omgeving w ingedeeld in deelomgevingen met respectievelijke bestandsdelen

, TAAKOMGEVING (MICRO-OMGEVING)
- = deel v/d externe omgeving waarmee de org. direct en wederzijds interageert
- Directe wederzijdse invloed tss org. en omgeving
- (voorbeeld in HB voor beter begrip)
- Analyse altijd afh.: typische kenmerken (soort product) + type org.

Wie? Wat?
Klanten/gebruikers - Via assortiment behoeften bevredigen
- Nauw in kaart brengen v/d behoeften + ervaren tevredenheid
Toeleveranciers - Aard en hoedanigheid middelen = divers (grondstof, machine, installatie…)
- Nauw in kaart brengen v/d middelen + betreffende leveranciers
Distributeurs - Organisaties die product/dienst tot bij klant brengen (groot-/kleinhandelaars)
- Nauw in kaart brengen v/d distributeurs
Directe concurrent - = org. met quasi dezelfde producten/diensten
- Alle concurrenten samen: creatie markt/sector (bv. markt v/d autofabrikanten)
- Nauw in kaart brengen gehele kenmerken markt + specifieke info / concurrent
Indirecte concurrent - Potentiële toetreders = nieuwe org. die nu nog niet hetzelfde aanbiedt, maar
dat wel zal doen i/d toekomst
- Substituutproducent: org. die ander product/dienst aanbiedt maar dezelfde
behoefte v/d klant dekt
- Analyse idem als directe concurrent, enkel ruimere blik
Externe financiers - Nauw in kaart brengen alg. kenmerken financiële markt + specifieke info /
externe financier
Interne geldverstrekkers (eigen vermogen)
- Identiteit verschilt naargelang soort org.
- Geld van familie of eigendomsbewijzen/aandelen op markt (mede-eigenaars)
Externe geldverstrekkers (vreemd vermogen)
- Kapitaal slecht tijdelijk/onder strike terugbetalingsregels ter beschikking
- Verstrekt lening door bank OF subsidies door overheid
Onderaannemers en Onderaannemers
partnerorg. - Nauw in kaart brengen kenmerken uitbestedingsmarkt + specifieke info /
externe onderaannemer
- = org. k sommige taken/activiteiten uitbesteden aan andere org.
- Perifere of nevenactiviteiten: heeft niet direct te maken met activiteit van
gemeenschappelijke doel (ontwerpen, vervaardigen, verstrekken, verkopen)
- Core- of kernactiviteiten: taken nodig om te ontwerpen, te vervaardigen, te
verstrekken, te verkopen (reden = divers: kostenvoordeel, kwaliteitsvoordeel)
Partners
- = org. realiseren taken samen met andere org. (activiteit w niet overgenomen)
- Nauw in kaart brengen kenmerken partnermarkt + specifieke info / partner
MICRO OMGEVING / TAAKOMGEVING MACRO-OMGEVING / ALGEMENE OMGEVING

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
kayceedaelman2801 Universiteit Gent
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
39
Lid sinds
3 jaar
Aantal volgers
8
Documenten
31
Laatst verkocht
2 weken geleden

5.0

1 beoordelingen

5
1
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen