Wet en regelgeving
HC 4.1 Introductie strafrecht
Het recht in eigen handen nemen noem je eigenrichting. Dit probeert de overheid te
voorkomen door een monopolie op straffen. Het openbaar ministerie vertegenwoordigt de
officier van justitie.
De officier van justitie is het staats orgaan dat belast is met de vervolging van verdachten.
Materieel strafrecht
- wat is een strafbaar feit
- welk gedrag niet is toegestaan
- Welke straffen daarop staan
Formeel strafrecht
- Strafprocesrecht
- Strafvordering
- Procedure bij een vermoedelijk strafbaar feit
4 delicten in het strafrecht waarbij iemand van het leven wordt beroofd:
1. Moord: iemand die opzettelijk, met voorbedachten rade, een ander van het leven
berooft, wordt als schuldig van moord bevonden
2. Doodslag: iemand die opzettelijk een ander van het leven beroofd is schuldig aan
doodslag
3. Mishandelen met dodelijke gevolgen
4. Dood door schuld
De opbouw van het wetboek van Strafrecht:
1. Eerste boek: algemeen deel, algemene bepalingen en jeugd. Bevat art. 1 Sr tot art. 91
Sr.
2. Tweede boek: misdrijven, de ernstige vormen van criminaliteit. Bevat art. 92 Sr tot
art. 421 Sr
3. Derde boek: overtredingen, de lichte vormen van criminaliteit. Bevat art. 424 Sr tot
art. 479 Sr
Wanneer krijg je een strafblad?
- Bij een misdrijf krijgt u altijd een strafblad (als u ouder bent dan 12 jaar) Bij een
overtreding hangt het af van de soort overtreding en de opgelegde straf.
- Als u een strafblad heeft staat u geregistreerd bij Justitie.
- Een strafblad heet officieel 'uittreksel justitiële documentatie'.
1
,Wanneer worden justitiële gegevens van overtredingen verwijderd?
- 5 jaar na de einduitspraak of 5 jaar na het volledig betalen van een strafbeschikking;
- 10 jaar na de einduitspraak of 10 jaar na het volledig doen van een strafbeschikking als
er een vrijheidsstraf of een taakstraf is opgelegd;
- 2 jaar na het overlijden van de persoon op wiens naam het strafblad staat;
Als geen sprake is van verlenging worden justitiële gegevens van misdrijven verwijderd:
Bij misdrijven waarvoor u volgens de wet minder dan 6 jaar gevangenisstraf kunt krijgen
(bijvoorbeeld winkeldiefstal)
- 20 jaar na de einduitspraak of 20 jaar na het volledig voldoen van de strafbeschikking.
- In ieder geval 12 jaar na het overlijden van de persoon op wiens strafblad het feit staat.
Bij misdrijven waarvoor u volgens de wet minimaal 6 jaar gevangenisstraf kunt krijgen
(bijvoorbeeld inbraak of winkeldiefstal samen met een ander)
- 30 jaar na de einduitspraak of 30 jaar na het volledig voldoen van de strafbeschikking
tenzij de duur van de gevangenisstraf of vrijheidsbenemende maatregel (bijvoorbeeld
TBS) langer is dan 20 jaar, dan wordt de termijn van 30 jaar verlengd met 20 jaar (dus
verwijdering na 50 jaar)
- In ieder geval 20 jaar na het overlijden van de persoon op wiens strafblad het feit staat.
Bij alle zedenmisdrijven (ongeacht de opgelegde straf of het strafmaximum), bij levenslange
gevangenisstraf of wanneer een maatregel zoals TBS langer dan 40 jaar duurt: Na 80 jaar.
Strafbaar feit: 4 componenten = het vierlagen model
1. Menselijke gedraging (MG)
2. Wettelijke delictsomschrijving (DO)
3. Wederrechtelijkheid (W)
4. Schuld (verwijtbaarheid) (V)
Wettelijke delictsomschrijving
- Gedrag is alleen strafbaar als dat in de wet staat (legaliteitsbeginsel)
Wettelijke delictsomschrijving
- In iedere individuele strafzaak zal de rechter de bewezenverklaarde feitelijke gedraging
uit de tenlastelegging juridisch moeten benoemen, dat wil zeggen: kwalificeren
Als de rechter het bewezen verklaarde niet kan kwalificeren, dan wordt de verdachte
ontslagen van alle rechtsvervolgingen
Wederrechtelijk = in strijd met het recht
- Als iemand niet handelt in strijd met het recht, met andere woorden als zijn gedrag niet
verkeerd is, dan dient er ook geen straf te volgen
- We hebben het over wederrechtelijkheid van de gedraging, het gerechtvaardigd zijn van
de daad.
2
,Doodslag:
- ‘Normaal’ doodslag: 15 jaar;
- Doodslag in combinatie met een ander strafbaar feit (bijvoorbeeld diefstal): 30 jaar;
- Doodslag gepleegd met terroristisch oogmerk: 30 jaar;
- Doodslag pasgeboren kind door moeder (‘kinderdoodslag’): 6 jaar;
- Doodslag in het kader van euthanasie (buiten officiële procedure): 12 jaar
Schuld (verwijtbaarheid):
- Bij moord levenslange gevangenisstraf of tijdelijke van ten hoogste 30 jaar of een
geldboete van de 5e categorie
Bestanddelen en elementen
- Bestanddelen staan omschreven in de delictsomschrijving van het strafbaar feit. Er zijn 4
bestanddelen
1. Subjectief
2. Objectief
3. Geobjectiveerd
4. Stilzwijgend
- Elementen staan (meestal) niet in de delictsomschrijving omschreven, maar worden
verondersteld wel aanwezig te zijn. Voorbeeld van een element zijn: Schuld of
wederrechtelijkheid
Bestanddelen moeten in de dagvaarding worden opgenomen en in het strafproces door de
rechter worden bewezen.
Voor elementen voldoet de aannemelijkheid dat ze zijn vervuld.
Causaliteit (oorzaak-gevolg) A lijdt tot B
- Wat was de oorzaak van het overlijden?
Kwalificeren ontslag van alle rechtsvervolging (OVAR)
3
, HC 4.2 Opzet en schuld
Culpa = schuld
Culpoos = per ongeluk
Culpoos handelen = niet-opzettelijk, onvoorzichtig handelen
Doodslag: hij die OPZETTELIJK een ander van het leven berooft, wordt, als schuldig aan
doodslag, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vijftien jaren of geldboete van de
vijfde categorie.
Dood door schuld: hij aan wiens SCHULD de dood van een ander te wijten is, wordt gestraft
met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.
Verschil: met welke intentie heeft de dader gehandeld?
Opzet
Opzet= willens en wetens handelen
Graden van opzet
a. Opzet met bedoeling (schilderij vernielen
b. Voorwaardelijk opzet, met mogelijkheids bewustzijn (inhaalmanoeuvre, aanmerkelijke
kans)
c. Opzet met noodzakelijkheids bewustzjjn (100% kans, reder tijdbom primair voor
verzekeringsgeld, zeker dat er doden vallen)
Trefwoorden: opzettelijk, wetende dat, wist, met het oogmerk om mishandeling , opruien,
verzetten e.a = opzetdelicten
Opzetdelicten herkennen
1. Waar is de opzet op gericht?
2. Intentie bepaalt welk strafbaar feit
3. Dezelfde gevolgen, verschillende intentie
Opzetdelicten
Art. 300 Sr
1. Mishandeling wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste 3 jaren of
geldboete van de vierde categorie.
2. Indien het feit zwaar lichamelijk letsel ten gevolge heeft, wordt de schuldige gestraft
met gevangenisstraf van en hoogste vier jaren of geldboete van de vierde categorie.
3. Indien het feit de dood ten gevolge heeft, wordt hij gestraft met gevangenisstraf van
ten hoogste 6 jaren of geldboete van de vierde categorie.
4. Met mishandeling wordt gelijkgesteld opzettelijke benadeling van de gezondheid
5. Poging tot dit misdrijf is niet strafbaar
4
HC 4.1 Introductie strafrecht
Het recht in eigen handen nemen noem je eigenrichting. Dit probeert de overheid te
voorkomen door een monopolie op straffen. Het openbaar ministerie vertegenwoordigt de
officier van justitie.
De officier van justitie is het staats orgaan dat belast is met de vervolging van verdachten.
Materieel strafrecht
- wat is een strafbaar feit
- welk gedrag niet is toegestaan
- Welke straffen daarop staan
Formeel strafrecht
- Strafprocesrecht
- Strafvordering
- Procedure bij een vermoedelijk strafbaar feit
4 delicten in het strafrecht waarbij iemand van het leven wordt beroofd:
1. Moord: iemand die opzettelijk, met voorbedachten rade, een ander van het leven
berooft, wordt als schuldig van moord bevonden
2. Doodslag: iemand die opzettelijk een ander van het leven beroofd is schuldig aan
doodslag
3. Mishandelen met dodelijke gevolgen
4. Dood door schuld
De opbouw van het wetboek van Strafrecht:
1. Eerste boek: algemeen deel, algemene bepalingen en jeugd. Bevat art. 1 Sr tot art. 91
Sr.
2. Tweede boek: misdrijven, de ernstige vormen van criminaliteit. Bevat art. 92 Sr tot
art. 421 Sr
3. Derde boek: overtredingen, de lichte vormen van criminaliteit. Bevat art. 424 Sr tot
art. 479 Sr
Wanneer krijg je een strafblad?
- Bij een misdrijf krijgt u altijd een strafblad (als u ouder bent dan 12 jaar) Bij een
overtreding hangt het af van de soort overtreding en de opgelegde straf.
- Als u een strafblad heeft staat u geregistreerd bij Justitie.
- Een strafblad heet officieel 'uittreksel justitiële documentatie'.
1
,Wanneer worden justitiële gegevens van overtredingen verwijderd?
- 5 jaar na de einduitspraak of 5 jaar na het volledig betalen van een strafbeschikking;
- 10 jaar na de einduitspraak of 10 jaar na het volledig doen van een strafbeschikking als
er een vrijheidsstraf of een taakstraf is opgelegd;
- 2 jaar na het overlijden van de persoon op wiens naam het strafblad staat;
Als geen sprake is van verlenging worden justitiële gegevens van misdrijven verwijderd:
Bij misdrijven waarvoor u volgens de wet minder dan 6 jaar gevangenisstraf kunt krijgen
(bijvoorbeeld winkeldiefstal)
- 20 jaar na de einduitspraak of 20 jaar na het volledig voldoen van de strafbeschikking.
- In ieder geval 12 jaar na het overlijden van de persoon op wiens strafblad het feit staat.
Bij misdrijven waarvoor u volgens de wet minimaal 6 jaar gevangenisstraf kunt krijgen
(bijvoorbeeld inbraak of winkeldiefstal samen met een ander)
- 30 jaar na de einduitspraak of 30 jaar na het volledig voldoen van de strafbeschikking
tenzij de duur van de gevangenisstraf of vrijheidsbenemende maatregel (bijvoorbeeld
TBS) langer is dan 20 jaar, dan wordt de termijn van 30 jaar verlengd met 20 jaar (dus
verwijdering na 50 jaar)
- In ieder geval 20 jaar na het overlijden van de persoon op wiens strafblad het feit staat.
Bij alle zedenmisdrijven (ongeacht de opgelegde straf of het strafmaximum), bij levenslange
gevangenisstraf of wanneer een maatregel zoals TBS langer dan 40 jaar duurt: Na 80 jaar.
Strafbaar feit: 4 componenten = het vierlagen model
1. Menselijke gedraging (MG)
2. Wettelijke delictsomschrijving (DO)
3. Wederrechtelijkheid (W)
4. Schuld (verwijtbaarheid) (V)
Wettelijke delictsomschrijving
- Gedrag is alleen strafbaar als dat in de wet staat (legaliteitsbeginsel)
Wettelijke delictsomschrijving
- In iedere individuele strafzaak zal de rechter de bewezenverklaarde feitelijke gedraging
uit de tenlastelegging juridisch moeten benoemen, dat wil zeggen: kwalificeren
Als de rechter het bewezen verklaarde niet kan kwalificeren, dan wordt de verdachte
ontslagen van alle rechtsvervolgingen
Wederrechtelijk = in strijd met het recht
- Als iemand niet handelt in strijd met het recht, met andere woorden als zijn gedrag niet
verkeerd is, dan dient er ook geen straf te volgen
- We hebben het over wederrechtelijkheid van de gedraging, het gerechtvaardigd zijn van
de daad.
2
,Doodslag:
- ‘Normaal’ doodslag: 15 jaar;
- Doodslag in combinatie met een ander strafbaar feit (bijvoorbeeld diefstal): 30 jaar;
- Doodslag gepleegd met terroristisch oogmerk: 30 jaar;
- Doodslag pasgeboren kind door moeder (‘kinderdoodslag’): 6 jaar;
- Doodslag in het kader van euthanasie (buiten officiële procedure): 12 jaar
Schuld (verwijtbaarheid):
- Bij moord levenslange gevangenisstraf of tijdelijke van ten hoogste 30 jaar of een
geldboete van de 5e categorie
Bestanddelen en elementen
- Bestanddelen staan omschreven in de delictsomschrijving van het strafbaar feit. Er zijn 4
bestanddelen
1. Subjectief
2. Objectief
3. Geobjectiveerd
4. Stilzwijgend
- Elementen staan (meestal) niet in de delictsomschrijving omschreven, maar worden
verondersteld wel aanwezig te zijn. Voorbeeld van een element zijn: Schuld of
wederrechtelijkheid
Bestanddelen moeten in de dagvaarding worden opgenomen en in het strafproces door de
rechter worden bewezen.
Voor elementen voldoet de aannemelijkheid dat ze zijn vervuld.
Causaliteit (oorzaak-gevolg) A lijdt tot B
- Wat was de oorzaak van het overlijden?
Kwalificeren ontslag van alle rechtsvervolging (OVAR)
3
, HC 4.2 Opzet en schuld
Culpa = schuld
Culpoos = per ongeluk
Culpoos handelen = niet-opzettelijk, onvoorzichtig handelen
Doodslag: hij die OPZETTELIJK een ander van het leven berooft, wordt, als schuldig aan
doodslag, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vijftien jaren of geldboete van de
vijfde categorie.
Dood door schuld: hij aan wiens SCHULD de dood van een ander te wijten is, wordt gestraft
met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.
Verschil: met welke intentie heeft de dader gehandeld?
Opzet
Opzet= willens en wetens handelen
Graden van opzet
a. Opzet met bedoeling (schilderij vernielen
b. Voorwaardelijk opzet, met mogelijkheids bewustzijn (inhaalmanoeuvre, aanmerkelijke
kans)
c. Opzet met noodzakelijkheids bewustzjjn (100% kans, reder tijdbom primair voor
verzekeringsgeld, zeker dat er doden vallen)
Trefwoorden: opzettelijk, wetende dat, wist, met het oogmerk om mishandeling , opruien,
verzetten e.a = opzetdelicten
Opzetdelicten herkennen
1. Waar is de opzet op gericht?
2. Intentie bepaalt welk strafbaar feit
3. Dezelfde gevolgen, verschillende intentie
Opzetdelicten
Art. 300 Sr
1. Mishandeling wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste 3 jaren of
geldboete van de vierde categorie.
2. Indien het feit zwaar lichamelijk letsel ten gevolge heeft, wordt de schuldige gestraft
met gevangenisstraf van en hoogste vier jaren of geldboete van de vierde categorie.
3. Indien het feit de dood ten gevolge heeft, wordt hij gestraft met gevangenisstraf van
ten hoogste 6 jaren of geldboete van de vierde categorie.
4. Met mishandeling wordt gelijkgesteld opzettelijke benadeling van de gezondheid
5. Poging tot dit misdrijf is niet strafbaar
4
