Laat maar zien
Samenvatting hoofdstuk 1,2,3 en 8
Hoofdstuk 1 Mens en beeld
Mens is een mens door zijn vermogen tot vormgeven
Visuele representatie: iets laten zien om iets anders mee uit te drukken
Industriële revolutie: uniek beelden toegankelijk voor de gewone mens
Iconen: de meest karakteristieke beelden van een generatie
De functies van beelden:
Functioneel gebruiksgemak: de functionaliteit van voorwerpen, bijv. een stoel of
vaas
Aanschouwelijk ordenend: visuele voorstelling van complexe relaties, bijv. een
grafiek of diagram
Narratief: verhalend, bijv. een strip of reliëf op een gevel
Illustratief: concrete voorstelling bij een tekst, bijv. een plaatje van een vogel in een
natuurgids
Directief: aanwijzende, waarschuwende of regulerende functie, bijv. een
verkeersbord
Verbeeldend: ontwerpschets van een idee, bijv. ontwerptekening van een fiets
Decoratief: versiering voor de omgeving, bijv. een hekwerk
Esthetisch: aparte kunst, bijv. stillevens of sculpturen
Expressief: beelden die emoties uitbeelden, bijv. graffiti
Behoefte beeldend onderwijs op de basisschool:
- Een cultureel bewust zijn vormen
- Visuele geletterdheid verschaffen
- Beelden te maken
- Kennis te maken met materie
- De manier waarop kinderen de werkelijkheid ervaren te verreiken
Hoofdstuk 2 Zien en maken
Waarnemen een intentionele activiteit: omdat iedere persoon een eigen beeld van
de objectieve omgeving maakt
Productcomponenten:
- Betekenis
- Vorm
- Materie
Betekenis: het geheel van associaties en emoties dat een beeld teweeg kan
brengen
Betekenis in 3 lagen:
1. Visuele betekenis Hoe ziet het eruit?
2. Object betekenis Wat stelt het voor?
Samenvatting hoofdstuk 1,2,3 en 8
Hoofdstuk 1 Mens en beeld
Mens is een mens door zijn vermogen tot vormgeven
Visuele representatie: iets laten zien om iets anders mee uit te drukken
Industriële revolutie: uniek beelden toegankelijk voor de gewone mens
Iconen: de meest karakteristieke beelden van een generatie
De functies van beelden:
Functioneel gebruiksgemak: de functionaliteit van voorwerpen, bijv. een stoel of
vaas
Aanschouwelijk ordenend: visuele voorstelling van complexe relaties, bijv. een
grafiek of diagram
Narratief: verhalend, bijv. een strip of reliëf op een gevel
Illustratief: concrete voorstelling bij een tekst, bijv. een plaatje van een vogel in een
natuurgids
Directief: aanwijzende, waarschuwende of regulerende functie, bijv. een
verkeersbord
Verbeeldend: ontwerpschets van een idee, bijv. ontwerptekening van een fiets
Decoratief: versiering voor de omgeving, bijv. een hekwerk
Esthetisch: aparte kunst, bijv. stillevens of sculpturen
Expressief: beelden die emoties uitbeelden, bijv. graffiti
Behoefte beeldend onderwijs op de basisschool:
- Een cultureel bewust zijn vormen
- Visuele geletterdheid verschaffen
- Beelden te maken
- Kennis te maken met materie
- De manier waarop kinderen de werkelijkheid ervaren te verreiken
Hoofdstuk 2 Zien en maken
Waarnemen een intentionele activiteit: omdat iedere persoon een eigen beeld van
de objectieve omgeving maakt
Productcomponenten:
- Betekenis
- Vorm
- Materie
Betekenis: het geheel van associaties en emoties dat een beeld teweeg kan
brengen
Betekenis in 3 lagen:
1. Visuele betekenis Hoe ziet het eruit?
2. Object betekenis Wat stelt het voor?