DEEL 1: Algemene inleiding
Hoofdstuk 1: basisbegrippen en centrale thema’s van het grondwettelijk recht
Afdeling 1: inleiding
Afdeling 2: grondwet
Betekenis en functies van de grondwet
-Wat is de grondwet?
• Eind 18de eeuw:
o United States, Declaration of Independance (1776)
§ Onafhankelijkheidsverklaring VS
§ Thomas Jefferson (Philadelphia)
§ Onafhankelijkheid 13 Britse koloniën
o Art. 16 déclaration des droits de l’homme et du citoyen (1789)
o Invloed op Belgische grondwet en Europese grondwettelijke verdragen
o Beïnvloed door machtsstrijd tussen vorsten <-> Kerk en adel <-> burgerij
in Ancien Régime
§ Bv. Charter van Kortenberg (1312)
§ Bv. Blijde inkomst van het Hertogdom Brabant (1356)
§ Bv. Plakkaat van Verlatinghe (1582) -> inspiratie voor Amerikaanse
onafhankelijkheidsverklaring
– Nederlandse staten smijten Spaanse koning Filips II van de
troon en verklaren zichzelf onafhankelijk
• Deze teksten:
o Aanloop eerste moderne grondwetten
§ Amerikaanse Grondwet (1787)
§ Franse Grondwet (1791)
o Grondslag grondwettelijk recht
§ Functies GW: organiseren en beperken overheidsmacht
Functies GW
1. Democratische organisatie van de overheidsmacht
= Positieve functie: overheid tot stand brengen (constitueren)
• Regering maken + bevoegdheden overheidsorganen verdelen
• Primaire rechtsbron van het rechtssysteem: totstandkoming en geldigheid
normen
• Politieke gemeenschap -> rechtsgemeenschap
o Feitelijke macht -> gelegitimeerde macht/rechtsmacht/bevoegdheid
! Niet elke staat met GW = democratische staat
• Bv. Iran
o Wel GW
o MAAR: raad van Hoeders (geestelijken en rechtsgeleerden) met veto
over parlement + moet goedkeuring geven voor kandidaten
presidentsverkiezingen
• Bv. Nazi-Duitsland
-Moderne GW: organisatie staat moet berusten op democratie/instemming
geregeerden
• Volkssoevereiniteit (cfr. Amerikaanse en Franse grondwet)
o Hoogste macht bij het volk en overheid georganiseerd door GW
-Façadegrondwetten = niet-democratische grondwetten
• MAAR: meningen over democratie verschillen
• Soms ook democratisch tekort in Belgische GW en Europese constitutionele
verdragen (zie later)
1
, 2. Beperken van de overheidsmacht
= Negatieve functie: gematigd bestuur en willekeur vermijden
• Machtsmisbruik tegengaan
• Vrijheid burgers beschermen
-Technieken
• Overheidsmacht verdelen (ambten, instellingen, organen)
• Overheidsmacht inperken (fundamentele rechten en vrijheden verankeren)
-Functie geïnspireerd door
• John Locke (16de-17de eeuw)
o Two treatises of government (1689)
• Charles de Montesquieu (16de-17de eeuw)
o De l’esprit des lois (1748)
• Grote invloed op Amerikaanse en Franse GW
3. Overige functies
-Verband grondwetsidee en staatsvorming
• Vroeger: macht geconcentreerd in soevereine vorst
o Macht ingeperkt door grondwet
o Breuk onafhankelijke staten samen met grondwet (VS, Afrika, Azië)
• Nu: politieke verbanden streven naar grondwet: nauwere integratie en
verstatelijking (EU)
-Programmatorische functie
• Doelstellingen staat (bv. bescherming leefmilieu)
Technieken om overheidsmacht te beperken
1. Machtenscheiding (vaak gecombineerd)
Horizontale machtenscheiding Verticale machtenscheiding
= Functionele machtenscheiding = Territoriale machtenscheiding
= Taken en bevoegdheden overheid binnen = Bevoegdheden overheid aan ≠
één overheid aan ≠ ambten of organen territoriale overheden (bv. Unie, staat,
lokaal, …)
-Trias politica
• Wetgevende macht -Gelaagde rechtsorde
o Opstellen algemene regels • Recht kan niet worden herleid tot 1
• Uitvoerende macht overheid
o Regels doen naleven • ≠ overheidsverbanden: gemeente,
• Rechterlijke macht provincie, gemeenschappen,
o Geschillen over regels gewesten, federale staat, Europese
Unie, …
• Montesquieu • Lokaal, regionaal, supranationaal
o Willekeur minimaliseren en internationaal niveau
o Machten roepen elkaar terug • Door federalisme en decentralisatie
o Beschreven in hoofdstuk
‘over de Engelse -Opgenomen in GW
staatsinrichting’ • Elke overheid kan eigen grondwet
o 18de eeuwse Britse aannemen = constitutioneel
constitutie was superieur: pluralisme (cfr. Duitsland)
machtenscheiding
Cfr. checks&balances
• Eerder al beschreven door Locke
2
, -Doel -Ideaal van instemming der geregeerden in
• Machtsmisbruik tegengaan + Amerikaanse onafhankelijkheidsverklaring
vrijheid burgers waarborgen • Machtsmisbtuik tegengaan
• Arbeidsverdeling en functionele • Meer democratie (hoe groter
specialisatie bestuursniveau, hoe minder
o Bv. onafhankelijke rechters inspraak burger)
=> subsidiariteitsbeginsel
-Subsidiariteitsbeginsel
• Hogere instantie moet taken
overdragen aan lagere instantie
indien mogelijk
Absolute scheiding Checks & balances Federalisme Decentralisatie
= Machten duidelijk =Evenwicht = Bevoegdheden = Bevoegdheden
onderscheiden en machten om voor ≠ autonome van centrale
voor onafhankelijke machtsconcentratie rechtsordes overheden aan
organen te vermijden ondergeschikte
besturen
-Voorbeeld: Franse -Onderlinge
GW (1791) controle
• Machten als -Participatie in
gescheiden elkaars functie
entiteiten
(geen Bv. uitvoerende
controle) macht (koning)
(**) werkt mee aan
totstandkoming
wegeving
-Montesquieu: geen
scheiding tussen
parlement en
regering in
Engeland
-Madison (VS):
pleidooi voor C&B
• Obv
Montesquieu
de
Amerikaanse
grondwet
verdedigen
(*)
(*) Amerikaanse presidentieel regime: scheiding en samenwerking machten
• Afzonderlijk verkozen organen
o Wetgevende macht = president
o Uitvoerende macht = congres
• Onderlinge controle en samenwerking
o Vetorecht president over wetsvoorsel
o Veto kan overstemd worden door 2/3 van Huis van Afgevaardigden en Senaat
<-> Europees parlementair stelsel
3
, (**) Frans systeem van administration-juge
• Bestuurlijke overheden moesten zichzelf controleren
o Vandaag in FR: jurisdictioneel dualisme
§ Administratieve rechtscolleges voor bestuursgeschillen (Raad van State
bovenaan)
§ RvS = onafhankelijk
§ Verschillende rechtscolleges naast elkaar
<-> Jurisdictioneel monisme (Engeland): gewone rechter ook bevoegd voor
geschillen tussen burger en bestuur
• Verbod grondwettigheidscontrole wetten
o Rechter zou terrein wetgever betreden
o Afgeschaft door Grondwettelijke Raad in de GW (1958)
2. Verankering rechten en vrijheden
-Magna Carta (1215)
• Vrijheden ondertekend door koning Jan Zonder Land (Engeland)
• O.a. Habeas corpus: niet gevangen genomen zonder vonnis
-Blijde Inkomst van Hertogdom Brabant (1356)
• Macht Hertog Brabant beperken
• O.a. recht vrijemeningsuiting parlementsleden + geen belastingen zonder
instemming steden en gewest
-Cfr. Amerikaanse onafhankelijkheidsverklaring
• Alle mensen als gelijken worden geschapen
• Door schepper met zekere onvervreemdbare rechten begiftigd (leven, vrijheid,
nastreven van geluk)
-Cfr. Franse verklaring van de rechten van de mens en de burger
• Natuurlijke, onvervreemdbare en heilige rechten van de mnes
-Cfr. Locke
• 3 onvervreemdbare rechten: life, liberty, property
• Overheid moet rechten beschermen
-Amerikaanse GW (1787) : evident dat overheid ze niet mag schenden, dus niet
opgenomen
• 1791: Bill of Rights als amendement toegevoegd aan GW VS (zo meer staten
tekst ratificeren)
-Grondrechten vandaag
• Titel II in Belgische GW
• Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens
• Handvest van Grondrechten van de Europese Unie
= Inhoudelijke beperking overheidsmacht
• Regering kan geen beslissingen nemen tegen individuele vrijheid
<-> Trias politica: machtsmisbruik vermijden door bevoegdheidsverdeling
-Besluit: grondwet als maatschappelijk contract
• Overeenkomst tussen vrije individuen om georganiseerde politieke gemeenschap
te vormen
• Individu staat vrijheid af aan overheid in ruil voor bescherming individuele vrijheden
• We doen dit door de natuurlijke staat van het vrije individu
4