100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Geld, internationale Economische Betrekkingen en bedrijfsomgeving

Rating
2.0
(1)
Sold
2
Pages
19
Uploaded on
31-10-2014
Written in
2014/2015

Samenvatting die kort en bondig is. Helpt om dit boek sneller te begrijpen. Zorgt voor een goede basis.

Institution
Course










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Summarized whole book?
No
Which chapters are summarized?
Hoofdstuk 1, 2, 3, 5, 7, 8
Uploaded on
October 31, 2014
Number of pages
19
Written in
2014/2015
Type
Summary

Subjects

Content preview

Samenvatting GBW

Hoofdstuk 1

Geld heeft drie functies:

- Ruilmiddel → Ruileconomie & geldeconomie
- Rekeneenheid → Waardemaatstaf, zorgt voor minder prijzen dan bij een
goedereneconomie
- Oppotmiddel

Ongedifferentieerde koopkracht – Wanneer je goederen ruilt voor geld kun je zelf
beslissen wat je met dat geld doet en wanneer

Door de oprichting van de eurozone zijn de functies van geld versterkt

Ruilmiddel
- Groter gebied ongedifferentieerde koopkracht
- Kosten omwisselen vervalt → betere concurrentiepositie
- Geen wisselkoers veranderingen meer → geen kosten meer met betrekking
op valutarisico → lagere transactie kosten

Rekeneenheid
- Overal europrijzen dus beter vergelijkbaar → transparantere markt

Oppotmiddel
- Grensoverschrijdende beleggingen
- Beleggen in andere landen makkelijker door minder risico

Inflatie – De voortdurende stijging van de prijzen van goederen en diensten

Gevolgen van hyperinflatie voor functies van geld

Ruilmiddel
- Geen tijdverschil → waarde geld daalt met de dag
- Problemen met betalingstermijnen

Rekeneenheid
- Men gaat de dollar gebruiken voor rekeneenheid → functie lokale munt
verdwijnt
- Geld geldt niet meer als waarde maatstaf

Totale hoeveelheid van geld = het aanbod van geld

Intrinsieke waarde – Marktwaarde van het materiaal
Nominale waarde – Waarde dat op de munt staat

,Voordeel: Bij elke transactie was het niet meer nodig om het edelmetaal te wegen

Reële waarde – Waarde van een munteenheid gecorrigeerd voor prijsinflatie
(koopkracht)

Ontstaan van geld
1. Zak goud → promessen
(promessen – Edelmetaal ontvangen, ontvangstbewijs
afgeven. Ontvangstbewijs – promes)
2. Promessen worden doorgegeven, verkocht.
3. Banken geven promessen uit als lening
4. Eerst promes op naam, vervolgens op toonder
5. Centrale bank krijgt recht op uitgifte bankbiljetten
6. Algemene banken creëren giraal geld

Dubieuze debiteur – Debiteur die niet aan zijn schulden kan voldoen

Primaire liquiditeiten

Chartaal
- Munten die de overheid in omloop brengt
- Bank biljetten die de centrale bank in omloop brengt

Giraal
- Giraal geld dat de banken in omloop brengen

Geldscheppende instellingen in Europa – ECB, algemene banken (ABN, Rabobank,
ING)

Fiduciair geld – Waarde gebaseerd op vertrouwen in de balans van de
geldscheppende instelling

Primaire liquiditeitenmassa en primaire liquiditeiten onderscheiden. Primaire
liquiditeitenmassa is gelijk aan hoeveel primaire liquiditeiten – geld in klas bij
geldscheppende instellingen

M1 = Primaire liquiditeitenmassa

Secundaire liquiditeitenmassa – Kortlopende termijn deposito’s en kort spaargeld
Omzetting van PL naar SL → transformatie → overtollige liquide middelen omzetten
in kortlopende beleggingen bij banken
Geld voor een vaste tijd uitlenen → termijndeposito

Primaire liquiditeitenmassa + Secundaire liquiditeitenmassa = Binnenlandse
liquiditeitenmassa

M1 + M2 = M3

, Overmatige groei M3 = Symptoom van inflatie

ECB houdt M3 in de gaten en kan maatregelen treffen

Bruto geldscheppend bedrijf – De totale kredietverlening aan de private sector en
overheid
Netto geldscheppend bedrijf – Brute geldscheppend bedrijf – de lang aangetrokken
middelen (Kredietverlening langer dan twee jaar)

Financiële instellingen – Banken, verzekeringsmaatschappijen, pensioenfondsen,
sociale fondsen en beleggingsinstellingen

Functies financiële instellingen
- Kredietverlening (hypotheken)
- Doorgeefluik (liquide middelen van overschot huishoudingen doorgeven aan
huishouden met te kort)
- Betalingsverkeer (afhandelen financiële transacties)
- Verzekeringen


Financiële instellingen
Geldscheppende instellingen Niet – geldscheppende instellingen
Algemene banken Hypotheekbanken
Centrale banken Pensioenfondsen
Verzekeringsmaatschappijen
Etc.

De liquiditeit geeft aan met welk percentage de verplichtingen van de bank
tegenover de schuldeisers zijn gedekt met liquiditeiten
VB. Een bank heeft 50 mld aan rekening-courant uitstaan. Voor de
geschreven liquiditeit bedraagt 20%. Dan moet de bank 10 mld (20%) aan liquide
middelen aanhouden

Solvabiliteit – De mogelijkheid van de bank om met het Eigen Vermogen garant te
staan voor eventuele verliezen op debiteuren (Percentage van het EV t.o.v. TV) voor
een bank bedraagt dit vaak rond de 3% en voor een bedrijf 30%

Kernkapitaal – Eigenvermogen van een bank, meestal bestaande uit
aandelenkapitaal en reserves

BIS – Ratio (Bank of international settlements)
Hier is het begrip solvabiliteit omschreven als de verhouding tussen het aansprakelijk
vermogen en de debiteuren

Basel III akkoord – Verplicht banken om grotere kapitaalbuffers aan te houden die
voornamelijk uit Eigen Vermogen bestaan
$3.61
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
colintubben
2.0
(1)

Reviews from verified buyers

Showing all reviews
8 year ago

miss important key concepts, structure is unclear.

2.0

1 reviews

5
0
4
0
3
0
2
1
1
0
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
colintubben Hogeschool Windesheim
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
2
Member since
12 year
Number of followers
2
Documents
2
Last sold
8 year ago

2.0

1 reviews

5
0
4
0
3
0
2
1
1
0

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions