1 + 2 Bouw van de aarde
Ontstaan van de schilvormige opbouw:
De temperatuur in de kern neemt toe, wat er voor zorgt dat de gesteentes vloeibaarder
worden. De chemische elementen worden geschikt t.o.v. de massa. De zwaarste elementen
zakken naar het midden van de bol en vormen de kern. er ontstaat een schillenopbouw. Na
de afkoeling vormen de lichtere elementen aan de buitenkant een dunne korst.
Door breuken in de gestolde korst ontsnapt waterdamp en gassen. Er ontstaan vulkanen die
gassen afstorten die voor de eerste atmosfeer zorgden. De waterdamp zal condenseren tot
water door de afkoeling en vormt de oceaan. In de oceanen ontstond het eerste leven ->
fotosynthese. Er komt steeds meer O2 in de atmosfeer en zo werd ozon gevormd, wat
zorgde voor uitbreiding van leven op aarde.
Informatie uit seismische golven:
We zijn niet in staat om info te verkrijgen over de inwendige aarde m.b.v. boringen en dus
maakt men gebruik van seismisch onderzoek.
Primaire golven: beweegt het snelst en wordt als eerst geregistreerd. Kan doorheen elk
aggregatietoestand.
Secundaire golven: +/- de helft trager dan p-golven omdat de deeltjes zich loodrecht op de
bewegingsrichting verplaatsen. Kan niet doorheen vloeistof -> daarom in kern geen S-golf.
Discontinuïteitsvlakken verraden de schilvormige opbouw:
Seismische golven worden constant afgebogen door de verandering van
massadichtheid en druk dieper in de aarde. De snelheid van deze golven
wordt ook beïnvloed.
Door de afbogingen van de p-golven en de niet meer waarneembare s-
golven ontstaat er een schaduwzone waar er geen golf ontvangen wordt.
Discontinuïteit is het gevolg van abrupte veranderingen
(zoals mohodiscontinuïteit en guttenbergdiscontinuïteit) van de
massadichtheid. Deze discontinuïteiten kunnen opgespoord worden met
behulp van primaire en secundaire golven. Er ontstaat bij de overgang van
de schillen een abrupte verandering in de snelheid waarmee de P- en S-
golven voortbewegen. Dit komt omdat de snelheid van de golven
afhankelijk is van de massadichtheid van de stof waar ze doorheen gaan.
De verschillen in massadichtheid worden veroorzaakt door verschillen in
de chemische samenstelling, de aggregatietoestand, de druk, de
temperatuur en het kristalrooster.
, f Mohodiscontinuïteit: (het 1e kleine klikje) overgang tussen korst en bovenmantel
f Guttenbergdiscontinuïteit: overgang tussen mantel en kern
f Plastisch: tussen vast en vloeibaar
f De buitenmantel = de bovenmantel
f De mesosfeer = de binnenmantel
f Lithosfeer = korst + buitenmantel
f (3 dichtheden en VOLGORDE KENNEN)
Indeling van de schillen volgens chemische en fysische kenmerken:
f De kern bestaat vooral uit nikkel en ijzer
f Tussen de korst en de mantel overheerst zuurstof en daarnaast silicium
f De mantel bestaat uit magnesium
f De continentale korst bestaat vooral uit aluminium
De oceanische korst en de continentale korst zijn erg verschillend:
Oceanische korst Continentale korst
2
Ontstaan van de schilvormige opbouw:
De temperatuur in de kern neemt toe, wat er voor zorgt dat de gesteentes vloeibaarder
worden. De chemische elementen worden geschikt t.o.v. de massa. De zwaarste elementen
zakken naar het midden van de bol en vormen de kern. er ontstaat een schillenopbouw. Na
de afkoeling vormen de lichtere elementen aan de buitenkant een dunne korst.
Door breuken in de gestolde korst ontsnapt waterdamp en gassen. Er ontstaan vulkanen die
gassen afstorten die voor de eerste atmosfeer zorgden. De waterdamp zal condenseren tot
water door de afkoeling en vormt de oceaan. In de oceanen ontstond het eerste leven ->
fotosynthese. Er komt steeds meer O2 in de atmosfeer en zo werd ozon gevormd, wat
zorgde voor uitbreiding van leven op aarde.
Informatie uit seismische golven:
We zijn niet in staat om info te verkrijgen over de inwendige aarde m.b.v. boringen en dus
maakt men gebruik van seismisch onderzoek.
Primaire golven: beweegt het snelst en wordt als eerst geregistreerd. Kan doorheen elk
aggregatietoestand.
Secundaire golven: +/- de helft trager dan p-golven omdat de deeltjes zich loodrecht op de
bewegingsrichting verplaatsen. Kan niet doorheen vloeistof -> daarom in kern geen S-golf.
Discontinuïteitsvlakken verraden de schilvormige opbouw:
Seismische golven worden constant afgebogen door de verandering van
massadichtheid en druk dieper in de aarde. De snelheid van deze golven
wordt ook beïnvloed.
Door de afbogingen van de p-golven en de niet meer waarneembare s-
golven ontstaat er een schaduwzone waar er geen golf ontvangen wordt.
Discontinuïteit is het gevolg van abrupte veranderingen
(zoals mohodiscontinuïteit en guttenbergdiscontinuïteit) van de
massadichtheid. Deze discontinuïteiten kunnen opgespoord worden met
behulp van primaire en secundaire golven. Er ontstaat bij de overgang van
de schillen een abrupte verandering in de snelheid waarmee de P- en S-
golven voortbewegen. Dit komt omdat de snelheid van de golven
afhankelijk is van de massadichtheid van de stof waar ze doorheen gaan.
De verschillen in massadichtheid worden veroorzaakt door verschillen in
de chemische samenstelling, de aggregatietoestand, de druk, de
temperatuur en het kristalrooster.
, f Mohodiscontinuïteit: (het 1e kleine klikje) overgang tussen korst en bovenmantel
f Guttenbergdiscontinuïteit: overgang tussen mantel en kern
f Plastisch: tussen vast en vloeibaar
f De buitenmantel = de bovenmantel
f De mesosfeer = de binnenmantel
f Lithosfeer = korst + buitenmantel
f (3 dichtheden en VOLGORDE KENNEN)
Indeling van de schillen volgens chemische en fysische kenmerken:
f De kern bestaat vooral uit nikkel en ijzer
f Tussen de korst en de mantel overheerst zuurstof en daarnaast silicium
f De mantel bestaat uit magnesium
f De continentale korst bestaat vooral uit aluminium
De oceanische korst en de continentale korst zijn erg verschillend:
Oceanische korst Continentale korst
2