1
,Samenvatting reader
Oplossingsgerichte vragen
2
, Reader oplossingsgerichte vragen
Volgens het oplossingsgerichte model moet eerst worden uitgezocht wat er precies aan de hand is
om een goede diagnose te kunnen stellen, voordat de remedie kan worden gegeven. Door dit model
worden problemen gezien als een uitdaging waardoor de cliënten meer hoop hebben.
negen uitgangspunten van oplossingsgerichte gespreksvoering:
1. Weerstand is geen bruikbaar begrip. Het is beter om een cliënt te benaderen vanuit een
samenwerkingspositie dan vanuit een positie van weerstand, macht en controle.
2. Er is altijd spraken van samenwerking. De oplossingsgerichte professional dient zich aan te
passen aan de manier van samenwerken van de cliënt.
3. Verandering is onvermijdelijk.
4. Slechts een kleine verandering is nodig.
5. De meeste cliënten zijn al in het bezit van de hulpbronnen die zij nodig hebben om te
veranderen. De meeste mensen lossen hun eigen problemen op zonder de hulp van
professionals in te schakelen.
6. Problemen zijn niet-succesvolle pogingen om moeilijkheden op te lossen. 3 manieren hoe
een cliënt verkeerd met zijn problemen om kan gaan:
De cliënt ontkend het probleem
Er wordt actie ondernomen maar dat zou juist niet of minder moeten gebeuren.
Er wordt actie ondernomen op het verkeerde logische niveau (de ‘wees-
spontaanparadox’).
7. De cliënt definieert het behandeldoel. Als de professional niet weet waar hij met zijn cliënt
naar toe gaat, komt hij waarschijnlijk ergens anders uit. De taak van de oplossingsgerichte
professional is samen met de cliënt te zoeken naar een realistisch doel.
8. De werkelijkheid wordt door de observator bepaald. Oplossingsgerichte professionals zijn
mede- auteurs die de cliënt helpen zijn probleemverzadigde verhaal te herschrijven.
9. Er zijn veel manieren om naar een situatie te kijken. Professionals moeten niet teveel
‘getrouwd’ zijn met hun eigen voorkeursmodellen.
Mensen verlenen betekenis aan gebeurtenissen in communicatie met anderen en hierbij speelt
taal een centrale rol. Het vermogen van de cliënt om dingen te veranderen houdt verband met
zijn vermogen om dingen anders te zien. Dit vindt vooral plaats in oplossingsgerichte gesprekken
over de gewenste toekomst en uitzonderingen op het probleem. De vragen die gesteld worden
zijn bedoeld om het doel en oplossingen te ontwerpen waarvan en veronderstelt dat die
(meestal) al in het leven van de cliënt aanwezig zijn. De vragen die een verschil maken zijn vragen
naar de manier waarop de cliënt het ondanks zijn probleem redt, wat hij al goed vindt gaan in
zijn leven. Vragen naar doelformulering, vragen naar uitzonderingen, vragen hoe dicht de cliënt
al bij zijn doel is (schaalvraag) en competentievragen leveren de relevante informatie.
Contra-indicaties: een reden om een bepaalde behandeling of onderzoek niet uit te voeren.
Bijvoorbeeld als iemand lijd aan een spraakstoornis dan is de behandeling ‘oplossingsgerichte
gespreksvoering’ niet van toepassing
3