CLIËNT EN
CONTEXT HULPVERLENINGSPLAN
Naam: Amie de Vries(1607085), Dorien Verdel (1604873), Rowan Verhoef (1604331)
-------------------------------Esmaralda van Vliet (1603235), Esther van de Vliert (1612905)
------------------------------- en Angela de Vries (1605721)
Programma: Cliënt en Context
Soort werkstuk: Werkstuk
Opleiding: Sociaal Pedagogische Hulpverlening (Voltijd)
Datum: 18-01-2013
Docent: Jacoba Huizenga
Docent SLB: Jacoba Huizenga
Gelegenheid: Eerste
,Inhoudsopgave
Inleiding ............................................................................................................................... 3
Deel 1: Intakerapport ........................................................................................................... 5
1. Beleefde problematiek, klachten en vragen. ............................................................... 5
2. Biografische schets. .................................................................................................... 8
3. Actuele leefsituatie. ....................................................................................................10
4. Sociale steun. ............................................................................................................12
5. De hulpvragen en doelen. ..........................................................................................13
6. Behoeften en verwachtingen......................................................................................14
7. Conclusie en diagnostische overwegingen. ...............................................................15
Deel 2: Plan van aanpak .....................................................................................................16
1. De hulpvragen ...........................................................................................................16
2. De gewenste situatie/ het gewenste gedrag ...............................................................16
3. De leerdoelen: ...........................................................................................................16
4. De activiteiten: ...........................................................................................................17
5. De evaluatie ..............................................................................................................21
Referentielijst......................................................................................................................24
Bijlage .................................................................................................................................25
1. Onderbouwing van de Hypotheses ............................................................................25
1.1 Psychodynamische benadering .................................................................................25
1.2 Contextuele benadering.............................................................................................28
1.3 Gedragsbenadering ...................................................................................................30
1.4 Cognitieve benadering ...............................................................................................31
,Inleiding
Dit werkstuk is geschreven naar aanleiding van het vak Cliënt en Context. In periode A
hebben we intakegesprekken gevoerd. We moesten drie lessen achter elkaar in koppels met
een acteur cliënt een gesprek voeren. Tijdens het gesprek moest er geobserveerd worden,
waarbij er ook gebruik gemaakt moest worden van een observatieplan. Na het gesprek
moest daar een gespreksverslag over geschreven worden. Aan de hand van de
observatieplannen en het gespreksverslag is het diagnostisch beeld geschreven.
Nu in periode B hebben we de volledige casus gekregen op bepaalde belangrijke zaken nog
even aan te passen. Aan de hand van het geschreven diagnostisch beeld en de gekregen
feedback is dit hulpverleningsplan geschreven.
We hebben bepaalde gedeelten net als bij het diagnostisch beeld verdeeld en herschreven,
naar aanleiding van wie welk gedeelte van het intakegesprek heeft gedaan en waar de
feedback op was gegeven. Daarna heeft Angela de Vries de lay-out diagnostisch beeld in
elkaar gezet en samen met Rowan nagelezen om te kijken of er nog dingen aangevuld
moesten worden. Rowan Verhoef heeft de spellingscontrole nog een keer gedaan om zo de
laatste dingen er uit te halen en om de tekst waar nodig aan te passen. Tussendoor heeft ze
het kritisch gelezen en feedback gegeven op het werk van de anderen, zodat het plan hierop
aangepast kon worden. Daarna heeft iedereen het geheel na kunnen lezen om eventueel
nog de laatste aanvullingen te geven.
Dit verslag is in gedeeld in drie delen, namelijk het intakerapport, het diagnostisch beeld en
het plan van aanpak. Alle drie de onderdelen zijn weer onder verdeeld in verschillende
kopjes, die wij hier voor het gemak even hoofdstukken noemen. Deze hoofdstukken zijn
verdeeld over de mensen in ons studiegroepje.
Deel 1: Intakerapport:
In hoofdstuk één is te lezen over hoe de cliënt de problematiek beleefd. Dit gedeelte is
geschreven aan de hand van het competentiemodel. Het is geschreven door Esther en
Dorien.
In hoofdstuk twee is een biografische schets gemaakt over de cliënt. In deze biografische
schets is de levensloop- en de ontwikkelingsgeschiedenis van de cliënt te lezen. Dit gedeelte
is geschreven door Esther en Dorien.
In hoofdstuk drie is de actuele leefsituatie van de cliënt te lezen. De actuele leefsituatie is
beschreven aan de hand van een aantal onderwerpen, namelijk huisvesting, financiën,
sociaal functioneren, psychisch functioneren, zingeving, lichamelijk functioneren, praktisch
functioneren en de dagbesteding. Dit gedeelte is geschreven voor Amie en Angela.
In hoofdstuk vier is te lezen waaruit het sociale netwerk van de cliënt bestaat. Dit gedeelte is
geschreven voor Amie en Angela.
In hoofdstuk vijf is te lezen wat de cliënt zelf al heeft gedaan om het probleem op te lossen.
En of daarbij ook al hulp is geweest uit het informele en formele netwerk. En wat de
resultaten hiervan waren. Dit gedeelte is geschreven door Rowan en Esmaralda.
In hoofdstuk zes is te lezen wat de behoeften en verwachting van de cliënt zijn. Hierbij is
gekeken naar wat de cliënt wil bereiken met de hulp en wat de cliënt voor verwachtingen en
wensen heeft met betrekking tot de hulpverlener. Dit gedeelte is geschreven door Rowan en
Esmaralda.
In hoofdstuk zeven is een samenvatting te lezen van alles wat er in de voorgaande
hoofdstukken is besproken. Naar aanleiding van deze samenvatting zijn er verschillende
hypotheses opgesteld. Dit gedeelte is geschreven door Angela.
,Deel 2: Plan van aanpak:
De eerste opzet voor het plan van aanpak is gemaakt door Dorien en Angela. Vervolgens
zijn de taken verdeeld, zodat iedereen een inbreng had voor dit gedeelte van het
hulpverleningsplan. Hierin hebben Dorien en Angela de hulpvragen, de gewenste situatie en
het gewenste gedrag, de leerdoelen en de evaluatie verder uitgeschreven. Later zijn deze
leerdoelen aangepast op de feedback en herschreven door Rowan. Vervolgens hebben
Amie en Esmaralda het gedeelte over „10‟ voor Toekomst uitgeschreven. Esther heeft het
gedeelte over videohometraining uitgeschreven. Het onderdeel met de eventuele
programma‟s voor op lange termijn zijn uitgeschreven door Amie en Rowan. Rowan heeft het
gedeelte geschreven over Veilig Thuis en Amie heeft het gedeelte geschreven over
Creatieve Therapie.
Bijlage:
In de bijlage is het diagnostisch beeld te vinden. In het diagnostisch beeld zijn de hypotheses
en onderbouwingen bij de verschillende psychologische stromingen te lezen. De hypotheses
zijn door ons samen bedacht, maar hiervan heeft Rowan de eerste opzet gemaakt. Angela
en Rowan hebben de uitwerkingen van de rest van de groep nagelezen en aangevuld.
Esther en Dorien hebben hun ideeën ingebracht met betrekking tot de geschiedenis van de
cliënt en of deze een rol speelt in de probleemsituatie. Verder hebben Amie en Angela hun
ideeën ingebracht met betrekking tot de actuele situatie en het netwerk van de cliënt. En
Rowan en Esmaralda hebben hun ideeën ingebracht over hoe de cliënt zelf een rol kan
spelen bij het oplossen van de problemen.
In deel één van de bijlage worden de hypotheses voor de psychodynamische benadering
beschreven. Naast de beschrijving is er ook een onderbouwing te lezen met begrippen uit de
gelezen literatuur. Dit onderdeel is verder uitgewerkt door Rowan.
In deel twee van de bijlage worden de hypotheses voor de contextuele benadering
beschreven. Naast de beschrijving is er ook een onderbouwing te lezen met begrippen uit de
gelezen literatuur. Dit onderdeel is verder uitgewerkt door Esther en gedeeltelijk door Angela
In deel drie van de bijlage wordt de hypothese voor de gedragsbenadering beschreven.
Naast de beschrijving is er ook een onderbouwing te lezen met begrippen uit de gelezen
literatuur. Dit onderdeel is verder uitgewerkt door Amie en gedeeltelijk door Rowan.
In deel vier van de bijlage worden de hypotheses voor de cognitieve benadering beschreven.
Naast de beschrijving is er ook een onderbouwing te lezen met begrippen uit de gelezen
literatuur. Dit onderdeel is verder uitgewerkt door Esmaralda en gedeeltelijk door Angela en
Rowan.
Bij alle stukken was overleg met elkaar mogelijk en hebben we elkaar geholpen om het
verslag tot een mooi resultaat te brengen. Rowan en Angela hebben tussendoor feedback
gegeven en deze feedback weer verwerkt tot de definitieve versie. De namen achter ieder
hoofdstuk zijn dus van de persoon die eindverantwoordelijke was.
,Deel 1: Intakerapport
1. Beleefde problematiek, klachten en vragen.
1.1 Welke problemen of klachten ervaart de cliënt (draaglast)?
Onze cliënt is Jamie, maar we hebben gesproken met zijn moeder, Janna. Zij heeft twee
kinderen Jamie (7 jaar) en Sabrina (3 jaar). Moeder komt bij de jeugdhulpverlening van het
Leger des Heils voor haar zoontje Jamie. Jamie vertoont zowel op school als thuis
oppositioneel gedrag, dit is een onderdeel van probleemgedrag. Ze heeft moeite om met dit
gedrag om te gaan en om consequent te zijn naar haar kinderen.
Er is in het gezin van Jamie sprake van gezinsproblematiek. Op jonge leeftijd heeft
Jamie ook te maken gekregen met huiselijk geweld tussen zowel zijn vader als de vader van
Sabrina en zijn moeder. Jamie heeft hier letterlijk tussen gestaan. Jamie vindt het moeilijk
om de aandacht van zijn moeder te delen. Daarnaast kan Jamie ook niet tegen zijn verlies
waardoor hij gemeen tegen zijn zusje Sabrina doet. En dat hij niet tegen zijn verlies kan is
ook terug te zien in het voetballen met vriendjes uit de buurt. Jamie heeft moeite om te delen
met vriendjes en zusje Sabrina. Hij neemt de leiding en geeft aan hoe het moet verlopen.
Jamie zou zich graag bij een voetbalvereniging aansluiten, maar helaas heeft moeder niet de
financiële middelen om dit waar te maken.
Ook op school zijn de zorgen groot rondom Jamie. Zo groot dat het nog maar de
vraag is of Jamie op school mag blijven. Hij zit momenteel in groep 3 van de basisschool en
is vorig jaar blijven zitten. Jamie vertoont op school 2 kanten: enerzijds is hij een lieve
jongen, maar anderzijds is vaak betrokken bij kleine vechtpartijtjes. Als Jamie op school is,
zoekt hij continu de grens op bij de leerkracht. Jamie lijkt soms een hele wijze jongen, maar
dit is niet terug te zien in zijn gedrag. Jamie plast ook regelmatig in zijn broek. Zijn
klasgenootjes vinden dit vies en nemen daardoor afstand van hem, waardoor Jamie in een
isolement raakt.
Moeder vindt het erg lastig om met het probleemgedrag van Jamie om te gaan.
Jamie heeft zijn vader vanaf zijn derde levensjaar moeten missen. Ze voelt zich hier schuldig
over, omdat zij iets soortgelijks heeft meegemaakt. Moeder wil het zo graag anders doen dan
haar eigen ouders. Haar tweede man was Jozef, de vader van haar dochtertje Sabrina. Ze
beschrijft Jozef als een haantje. Hij is zowel verbaal als fysiek een agressieve man. Moeder
durfde hier niet tegenin te gaan uit angst. Jamie heeft hier veel van meegekregen en is er
zelfs wel eens tussen gesprongen en riep dan vaak: “Jozef, niet doen”. Ze voelt zich schuldig
dat ze Jozef niet eerder heeft verlaten en heeft hier veel spijt van.
Door het probleemgedrag wat Jamie vertoont, is ze bang dat hij dezelfde kant als zijn
(stief)vader op gaat. Hierover maakt ze zich grote zorgen. Door alles wat Jamie heeft
meegemaakt vindt ze het moeilijk om consequent te zijn. Volgens moeder heeft hij al zoveel
ellende meegemaakt door haar schuld.
Naast alle relatieproblemen heeft moeder ook financiële problemen. Ze wil voor haar
kinderen klaar staan en daarom is werken geen optie. Door alle teleurstellingen heeft ze
geen vertrouwen meer in andere mensen.
Door alle problemen is moeder overbelast geraakt, waardoor zij geen overzicht meer
heeft in de situatie. Door haar eigen problematiek is zij niet altijd voldoende in staat om
consequent te zijn tegenover Jamie. Doordat Jamie op jonge leeftijd iets soortgelijks mee
heeft gemaakt, weet zij wat hij doormaakt en heeft ze hier veel moeite mee.
, 1.2 Wat zijn hierbij stressoren?
De stressoren hierbij zijn:
- het probleemgedrag van Jamie; ze is bang dat Jamie zijn (stief)vader achterna gaat
omdat hij dit gedrag al op jonge leeftijd vertoont
- ervaringen huiselijk geweld met zowel de eigen vader van Jamie als de vader van
Sabrina
- het gemis van een vaderfiguur in huis, maar ook van opa en oma
- Jamie mag soms niet naar school, dit frustreert hem enorm
- jaloezie naar zijn zusje Sabrina toe wanneer zijn moeder aandacht aan haar geeft
- moeder staat er alleen voor, zij heeft dus alle verantwoordelijkheid voor de
thuissituatie en haar kinderen. Hierdoor voelt Jamie haar angst en wordt daardoor
ook angstig
- financiële situatie; moeder kan niet werken omdat ze wantrouwig is naar andere
personen
- moeder wil geen mensen in haar leven toelaten die haar kunnen kwetsen.
1.3 Hoe beleeft de cliënt deze problemen/ klachten?
Jamie vindt het lastig om de aandacht van zijn moeder met zijn zusje te delen. Hierdoor gaat
hij vervelend gedrag vertonen, waardoor hij weer aandacht van moeder krijgt. Daarnaast
vindt hij het niet leuk als Sabrina van hem wint met spelletjes, en dat hij zachtjes moet doen
wanneer zij een spelletje spelen. Hij zou daarom liever met zijn vriendjes buiten spelen of op
voetbal gaan, maar helaas kan dit niet vanwege de financiële situatie van moeder. Jamie
heeft op jonge leeftijd al veel mensen moeten missen, zoals zijn vader (of vaderfiguur) en
opa en oma. Hierdoor heeft hij weinig familie om zich heen en geen vaderfiguur als goed
rolmodel voor Jamie.
Moeder voelt zich schuldig tegenover haar kinderen vanwege; het huiselijk geweld,
gemis van een vader of vaderfiguur, het steeds moeten verhuizen en de vele veranderingen
die ze hebben meegemaakt in hun leven. Ze wil graag een goede toekomst bieden, maar
weet momenteel niet goed hoe ze dat aan moet pakken. Door het wantrouwen in andere
mensen kan ze niet werken, waardoor de financiële situatie niet verbetert. Dit veroorzaakt
stress. Ze vindt de situatie erg moeilijk, omdat ze haar kinderen niet kan geven wat zij graag
zou willen geven en wat de kinderen zelf graag zouden willen. Dit is bijvoorbeeld Jamie op
voetbaltraining laten gaan.
1.4 Wat zijn de gevolgen van deze problemen/klachten voor het dagelijks functioneren
van de cliënt?
Jamie mag door zijn probleemgedrag op school af en toe niet naar school. Dit ervaart hij als
zeer frustrerend. Daarnaast plast hij op school af en toe in zijn broek, waardoor kinderen
afstand van hem nemen en hij geïsoleerd raakt.
Jamie heeft moeite om de aandacht van zijn moeder te delen met zijn jongere zusje
Sabrina. Hierdoor ontstaat er vaak ruzie omdat Jamie door negatief gedrag de aandacht
weer opeist. Hierdoor krijgt Jamie negatieve aandacht in plaat van de aandacht die hij graag
zou krijgen van zijn moeder.
Jamie zou zich aansluiten bij een voetbalverenging maar door de financiële
problemen is dit niet mogelijk. Hierdoor mist hij het contact met zijn leeftijdgenootjes en het
uitoefenen van zijn passie.
Moeder heeft bijna geen sociale contacten, wat zij erg jammer vindt. Ze heeft geen
steun van vrienden, hierdoor kan zij bij niemand haar verhaal kwijt. Dit maakt dat zij geen
moment heeft voor zichzelf waarin zij even niet voor haar kinderen hoeft te zorgen, maar
mag en kan ontspannen met vrienden. Tijdens momenten van ontspanning zou zij haar
thuissituatie even los kunnen laten en genieten van de gezelligheid, waardoor zij nieuwe
energie op kan doen.
CONTEXT HULPVERLENINGSPLAN
Naam: Amie de Vries(1607085), Dorien Verdel (1604873), Rowan Verhoef (1604331)
-------------------------------Esmaralda van Vliet (1603235), Esther van de Vliert (1612905)
------------------------------- en Angela de Vries (1605721)
Programma: Cliënt en Context
Soort werkstuk: Werkstuk
Opleiding: Sociaal Pedagogische Hulpverlening (Voltijd)
Datum: 18-01-2013
Docent: Jacoba Huizenga
Docent SLB: Jacoba Huizenga
Gelegenheid: Eerste
,Inhoudsopgave
Inleiding ............................................................................................................................... 3
Deel 1: Intakerapport ........................................................................................................... 5
1. Beleefde problematiek, klachten en vragen. ............................................................... 5
2. Biografische schets. .................................................................................................... 8
3. Actuele leefsituatie. ....................................................................................................10
4. Sociale steun. ............................................................................................................12
5. De hulpvragen en doelen. ..........................................................................................13
6. Behoeften en verwachtingen......................................................................................14
7. Conclusie en diagnostische overwegingen. ...............................................................15
Deel 2: Plan van aanpak .....................................................................................................16
1. De hulpvragen ...........................................................................................................16
2. De gewenste situatie/ het gewenste gedrag ...............................................................16
3. De leerdoelen: ...........................................................................................................16
4. De activiteiten: ...........................................................................................................17
5. De evaluatie ..............................................................................................................21
Referentielijst......................................................................................................................24
Bijlage .................................................................................................................................25
1. Onderbouwing van de Hypotheses ............................................................................25
1.1 Psychodynamische benadering .................................................................................25
1.2 Contextuele benadering.............................................................................................28
1.3 Gedragsbenadering ...................................................................................................30
1.4 Cognitieve benadering ...............................................................................................31
,Inleiding
Dit werkstuk is geschreven naar aanleiding van het vak Cliënt en Context. In periode A
hebben we intakegesprekken gevoerd. We moesten drie lessen achter elkaar in koppels met
een acteur cliënt een gesprek voeren. Tijdens het gesprek moest er geobserveerd worden,
waarbij er ook gebruik gemaakt moest worden van een observatieplan. Na het gesprek
moest daar een gespreksverslag over geschreven worden. Aan de hand van de
observatieplannen en het gespreksverslag is het diagnostisch beeld geschreven.
Nu in periode B hebben we de volledige casus gekregen op bepaalde belangrijke zaken nog
even aan te passen. Aan de hand van het geschreven diagnostisch beeld en de gekregen
feedback is dit hulpverleningsplan geschreven.
We hebben bepaalde gedeelten net als bij het diagnostisch beeld verdeeld en herschreven,
naar aanleiding van wie welk gedeelte van het intakegesprek heeft gedaan en waar de
feedback op was gegeven. Daarna heeft Angela de Vries de lay-out diagnostisch beeld in
elkaar gezet en samen met Rowan nagelezen om te kijken of er nog dingen aangevuld
moesten worden. Rowan Verhoef heeft de spellingscontrole nog een keer gedaan om zo de
laatste dingen er uit te halen en om de tekst waar nodig aan te passen. Tussendoor heeft ze
het kritisch gelezen en feedback gegeven op het werk van de anderen, zodat het plan hierop
aangepast kon worden. Daarna heeft iedereen het geheel na kunnen lezen om eventueel
nog de laatste aanvullingen te geven.
Dit verslag is in gedeeld in drie delen, namelijk het intakerapport, het diagnostisch beeld en
het plan van aanpak. Alle drie de onderdelen zijn weer onder verdeeld in verschillende
kopjes, die wij hier voor het gemak even hoofdstukken noemen. Deze hoofdstukken zijn
verdeeld over de mensen in ons studiegroepje.
Deel 1: Intakerapport:
In hoofdstuk één is te lezen over hoe de cliënt de problematiek beleefd. Dit gedeelte is
geschreven aan de hand van het competentiemodel. Het is geschreven door Esther en
Dorien.
In hoofdstuk twee is een biografische schets gemaakt over de cliënt. In deze biografische
schets is de levensloop- en de ontwikkelingsgeschiedenis van de cliënt te lezen. Dit gedeelte
is geschreven door Esther en Dorien.
In hoofdstuk drie is de actuele leefsituatie van de cliënt te lezen. De actuele leefsituatie is
beschreven aan de hand van een aantal onderwerpen, namelijk huisvesting, financiën,
sociaal functioneren, psychisch functioneren, zingeving, lichamelijk functioneren, praktisch
functioneren en de dagbesteding. Dit gedeelte is geschreven voor Amie en Angela.
In hoofdstuk vier is te lezen waaruit het sociale netwerk van de cliënt bestaat. Dit gedeelte is
geschreven voor Amie en Angela.
In hoofdstuk vijf is te lezen wat de cliënt zelf al heeft gedaan om het probleem op te lossen.
En of daarbij ook al hulp is geweest uit het informele en formele netwerk. En wat de
resultaten hiervan waren. Dit gedeelte is geschreven door Rowan en Esmaralda.
In hoofdstuk zes is te lezen wat de behoeften en verwachting van de cliënt zijn. Hierbij is
gekeken naar wat de cliënt wil bereiken met de hulp en wat de cliënt voor verwachtingen en
wensen heeft met betrekking tot de hulpverlener. Dit gedeelte is geschreven door Rowan en
Esmaralda.
In hoofdstuk zeven is een samenvatting te lezen van alles wat er in de voorgaande
hoofdstukken is besproken. Naar aanleiding van deze samenvatting zijn er verschillende
hypotheses opgesteld. Dit gedeelte is geschreven door Angela.
,Deel 2: Plan van aanpak:
De eerste opzet voor het plan van aanpak is gemaakt door Dorien en Angela. Vervolgens
zijn de taken verdeeld, zodat iedereen een inbreng had voor dit gedeelte van het
hulpverleningsplan. Hierin hebben Dorien en Angela de hulpvragen, de gewenste situatie en
het gewenste gedrag, de leerdoelen en de evaluatie verder uitgeschreven. Later zijn deze
leerdoelen aangepast op de feedback en herschreven door Rowan. Vervolgens hebben
Amie en Esmaralda het gedeelte over „10‟ voor Toekomst uitgeschreven. Esther heeft het
gedeelte over videohometraining uitgeschreven. Het onderdeel met de eventuele
programma‟s voor op lange termijn zijn uitgeschreven door Amie en Rowan. Rowan heeft het
gedeelte geschreven over Veilig Thuis en Amie heeft het gedeelte geschreven over
Creatieve Therapie.
Bijlage:
In de bijlage is het diagnostisch beeld te vinden. In het diagnostisch beeld zijn de hypotheses
en onderbouwingen bij de verschillende psychologische stromingen te lezen. De hypotheses
zijn door ons samen bedacht, maar hiervan heeft Rowan de eerste opzet gemaakt. Angela
en Rowan hebben de uitwerkingen van de rest van de groep nagelezen en aangevuld.
Esther en Dorien hebben hun ideeën ingebracht met betrekking tot de geschiedenis van de
cliënt en of deze een rol speelt in de probleemsituatie. Verder hebben Amie en Angela hun
ideeën ingebracht met betrekking tot de actuele situatie en het netwerk van de cliënt. En
Rowan en Esmaralda hebben hun ideeën ingebracht over hoe de cliënt zelf een rol kan
spelen bij het oplossen van de problemen.
In deel één van de bijlage worden de hypotheses voor de psychodynamische benadering
beschreven. Naast de beschrijving is er ook een onderbouwing te lezen met begrippen uit de
gelezen literatuur. Dit onderdeel is verder uitgewerkt door Rowan.
In deel twee van de bijlage worden de hypotheses voor de contextuele benadering
beschreven. Naast de beschrijving is er ook een onderbouwing te lezen met begrippen uit de
gelezen literatuur. Dit onderdeel is verder uitgewerkt door Esther en gedeeltelijk door Angela
In deel drie van de bijlage wordt de hypothese voor de gedragsbenadering beschreven.
Naast de beschrijving is er ook een onderbouwing te lezen met begrippen uit de gelezen
literatuur. Dit onderdeel is verder uitgewerkt door Amie en gedeeltelijk door Rowan.
In deel vier van de bijlage worden de hypotheses voor de cognitieve benadering beschreven.
Naast de beschrijving is er ook een onderbouwing te lezen met begrippen uit de gelezen
literatuur. Dit onderdeel is verder uitgewerkt door Esmaralda en gedeeltelijk door Angela en
Rowan.
Bij alle stukken was overleg met elkaar mogelijk en hebben we elkaar geholpen om het
verslag tot een mooi resultaat te brengen. Rowan en Angela hebben tussendoor feedback
gegeven en deze feedback weer verwerkt tot de definitieve versie. De namen achter ieder
hoofdstuk zijn dus van de persoon die eindverantwoordelijke was.
,Deel 1: Intakerapport
1. Beleefde problematiek, klachten en vragen.
1.1 Welke problemen of klachten ervaart de cliënt (draaglast)?
Onze cliënt is Jamie, maar we hebben gesproken met zijn moeder, Janna. Zij heeft twee
kinderen Jamie (7 jaar) en Sabrina (3 jaar). Moeder komt bij de jeugdhulpverlening van het
Leger des Heils voor haar zoontje Jamie. Jamie vertoont zowel op school als thuis
oppositioneel gedrag, dit is een onderdeel van probleemgedrag. Ze heeft moeite om met dit
gedrag om te gaan en om consequent te zijn naar haar kinderen.
Er is in het gezin van Jamie sprake van gezinsproblematiek. Op jonge leeftijd heeft
Jamie ook te maken gekregen met huiselijk geweld tussen zowel zijn vader als de vader van
Sabrina en zijn moeder. Jamie heeft hier letterlijk tussen gestaan. Jamie vindt het moeilijk
om de aandacht van zijn moeder te delen. Daarnaast kan Jamie ook niet tegen zijn verlies
waardoor hij gemeen tegen zijn zusje Sabrina doet. En dat hij niet tegen zijn verlies kan is
ook terug te zien in het voetballen met vriendjes uit de buurt. Jamie heeft moeite om te delen
met vriendjes en zusje Sabrina. Hij neemt de leiding en geeft aan hoe het moet verlopen.
Jamie zou zich graag bij een voetbalvereniging aansluiten, maar helaas heeft moeder niet de
financiële middelen om dit waar te maken.
Ook op school zijn de zorgen groot rondom Jamie. Zo groot dat het nog maar de
vraag is of Jamie op school mag blijven. Hij zit momenteel in groep 3 van de basisschool en
is vorig jaar blijven zitten. Jamie vertoont op school 2 kanten: enerzijds is hij een lieve
jongen, maar anderzijds is vaak betrokken bij kleine vechtpartijtjes. Als Jamie op school is,
zoekt hij continu de grens op bij de leerkracht. Jamie lijkt soms een hele wijze jongen, maar
dit is niet terug te zien in zijn gedrag. Jamie plast ook regelmatig in zijn broek. Zijn
klasgenootjes vinden dit vies en nemen daardoor afstand van hem, waardoor Jamie in een
isolement raakt.
Moeder vindt het erg lastig om met het probleemgedrag van Jamie om te gaan.
Jamie heeft zijn vader vanaf zijn derde levensjaar moeten missen. Ze voelt zich hier schuldig
over, omdat zij iets soortgelijks heeft meegemaakt. Moeder wil het zo graag anders doen dan
haar eigen ouders. Haar tweede man was Jozef, de vader van haar dochtertje Sabrina. Ze
beschrijft Jozef als een haantje. Hij is zowel verbaal als fysiek een agressieve man. Moeder
durfde hier niet tegenin te gaan uit angst. Jamie heeft hier veel van meegekregen en is er
zelfs wel eens tussen gesprongen en riep dan vaak: “Jozef, niet doen”. Ze voelt zich schuldig
dat ze Jozef niet eerder heeft verlaten en heeft hier veel spijt van.
Door het probleemgedrag wat Jamie vertoont, is ze bang dat hij dezelfde kant als zijn
(stief)vader op gaat. Hierover maakt ze zich grote zorgen. Door alles wat Jamie heeft
meegemaakt vindt ze het moeilijk om consequent te zijn. Volgens moeder heeft hij al zoveel
ellende meegemaakt door haar schuld.
Naast alle relatieproblemen heeft moeder ook financiële problemen. Ze wil voor haar
kinderen klaar staan en daarom is werken geen optie. Door alle teleurstellingen heeft ze
geen vertrouwen meer in andere mensen.
Door alle problemen is moeder overbelast geraakt, waardoor zij geen overzicht meer
heeft in de situatie. Door haar eigen problematiek is zij niet altijd voldoende in staat om
consequent te zijn tegenover Jamie. Doordat Jamie op jonge leeftijd iets soortgelijks mee
heeft gemaakt, weet zij wat hij doormaakt en heeft ze hier veel moeite mee.
, 1.2 Wat zijn hierbij stressoren?
De stressoren hierbij zijn:
- het probleemgedrag van Jamie; ze is bang dat Jamie zijn (stief)vader achterna gaat
omdat hij dit gedrag al op jonge leeftijd vertoont
- ervaringen huiselijk geweld met zowel de eigen vader van Jamie als de vader van
Sabrina
- het gemis van een vaderfiguur in huis, maar ook van opa en oma
- Jamie mag soms niet naar school, dit frustreert hem enorm
- jaloezie naar zijn zusje Sabrina toe wanneer zijn moeder aandacht aan haar geeft
- moeder staat er alleen voor, zij heeft dus alle verantwoordelijkheid voor de
thuissituatie en haar kinderen. Hierdoor voelt Jamie haar angst en wordt daardoor
ook angstig
- financiële situatie; moeder kan niet werken omdat ze wantrouwig is naar andere
personen
- moeder wil geen mensen in haar leven toelaten die haar kunnen kwetsen.
1.3 Hoe beleeft de cliënt deze problemen/ klachten?
Jamie vindt het lastig om de aandacht van zijn moeder met zijn zusje te delen. Hierdoor gaat
hij vervelend gedrag vertonen, waardoor hij weer aandacht van moeder krijgt. Daarnaast
vindt hij het niet leuk als Sabrina van hem wint met spelletjes, en dat hij zachtjes moet doen
wanneer zij een spelletje spelen. Hij zou daarom liever met zijn vriendjes buiten spelen of op
voetbal gaan, maar helaas kan dit niet vanwege de financiële situatie van moeder. Jamie
heeft op jonge leeftijd al veel mensen moeten missen, zoals zijn vader (of vaderfiguur) en
opa en oma. Hierdoor heeft hij weinig familie om zich heen en geen vaderfiguur als goed
rolmodel voor Jamie.
Moeder voelt zich schuldig tegenover haar kinderen vanwege; het huiselijk geweld,
gemis van een vader of vaderfiguur, het steeds moeten verhuizen en de vele veranderingen
die ze hebben meegemaakt in hun leven. Ze wil graag een goede toekomst bieden, maar
weet momenteel niet goed hoe ze dat aan moet pakken. Door het wantrouwen in andere
mensen kan ze niet werken, waardoor de financiële situatie niet verbetert. Dit veroorzaakt
stress. Ze vindt de situatie erg moeilijk, omdat ze haar kinderen niet kan geven wat zij graag
zou willen geven en wat de kinderen zelf graag zouden willen. Dit is bijvoorbeeld Jamie op
voetbaltraining laten gaan.
1.4 Wat zijn de gevolgen van deze problemen/klachten voor het dagelijks functioneren
van de cliënt?
Jamie mag door zijn probleemgedrag op school af en toe niet naar school. Dit ervaart hij als
zeer frustrerend. Daarnaast plast hij op school af en toe in zijn broek, waardoor kinderen
afstand van hem nemen en hij geïsoleerd raakt.
Jamie heeft moeite om de aandacht van zijn moeder te delen met zijn jongere zusje
Sabrina. Hierdoor ontstaat er vaak ruzie omdat Jamie door negatief gedrag de aandacht
weer opeist. Hierdoor krijgt Jamie negatieve aandacht in plaat van de aandacht die hij graag
zou krijgen van zijn moeder.
Jamie zou zich aansluiten bij een voetbalverenging maar door de financiële
problemen is dit niet mogelijk. Hierdoor mist hij het contact met zijn leeftijdgenootjes en het
uitoefenen van zijn passie.
Moeder heeft bijna geen sociale contacten, wat zij erg jammer vindt. Ze heeft geen
steun van vrienden, hierdoor kan zij bij niemand haar verhaal kwijt. Dit maakt dat zij geen
moment heeft voor zichzelf waarin zij even niet voor haar kinderen hoeft te zorgen, maar
mag en kan ontspannen met vrienden. Tijdens momenten van ontspanning zou zij haar
thuissituatie even los kunnen laten en genieten van de gezelligheid, waardoor zij nieuwe
energie op kan doen.
