1. Hoofdstuk 19: het voortplantingsstelsel
Keypoints van dit hoofdstuk
- Kunnen tekenen, en kunnen aanduiden en benoemen op een figuur:
- de verschillende structuren van het mannelijk genitaalkanaal en de verhouding
tot het urinair stelsel
• de epididymis
• de zaadleider
• het ejaculatiekanaal
• de urethra
- de mannelijke accessoire organen
• de zaadblasjes
• de prostaat
• de cowperklieren
- de mannelijke uitwendige geslachtsorganen
• het scrotum
• de testes
• de penis
- Hoe heet de laag spierweefsel in het scrotum, en welke functie heeft die?
• m. (musculus- cremaster: kan zich samentrekken waardoor de testes dichter tegen
het lichaam aan komen te liggen. dit zorgt voor een optimale temp. voor de
ontwikkeling v. spermacellen in de testes. het is een skeletspierweefsel die een
uitzondering is op de regel -> mannen kunnen deze niet controleren dus het heeft
het gedrag v. glad spierweefsel
- Waarom kennen geslachtscellen een meiotische deling?
• elke lichaamscel bij de mens bestaat uit 23 chromosomen, waarbij 1 chromosoom v. elk paar
v/d moeder afkomstig is v. 1 v/d vader. tijdens de meiotische deling worden vier cellen of
gameten gevormd met elk 23 chromosoom= haploide cel ( 1 chromosoom v. ieder
chromosomenpaar. bij de versmelding v. haploide spermacel en een haploide eicel ontstaat
1 cel met een normaal chromosomenaantal= 46
è celdeling waarbij gameten of geslachtscellen half zo veel chromosomen hebben als
lichaamscellen
, - Teken en bespreek de weg die spermacellen volgen vanuit de testiskanaaltjes tot buiten?
• testiskanaal à ductuli efferentes à epididymis ( bijbal) à ductus defenrens à
ejaculatiekanaal à urethra à ostium urethrae externum
- Teken en bespreek de bouw van een spermacel.
• bestaat uit 3 duidelijke onderscheiden
1. kop
è bevat een kern die met dicht opeengepakte chromosomen
is gevuld
è a/h uiteinde: acroscoom à bevat enzymen die noodzakelijk
zijn voor bevruchting
2. hals
è bevat beide centriolen v/d spermatide
è middelste gedeelte
è mitochandria gerangschikt is een spiraal
è levert de energie voor de beweging v/d staart
3. staart
è enige vb v/e zweephaar is het menselijk lichaam
è kurkentrekkerachtige beweging ervan stelt de spermacel in
staat om zich voort te bewegen
Keypoints van dit hoofdstuk
- Kunnen tekenen, en kunnen aanduiden en benoemen op een figuur:
- de verschillende structuren van het mannelijk genitaalkanaal en de verhouding
tot het urinair stelsel
• de epididymis
• de zaadleider
• het ejaculatiekanaal
• de urethra
- de mannelijke accessoire organen
• de zaadblasjes
• de prostaat
• de cowperklieren
- de mannelijke uitwendige geslachtsorganen
• het scrotum
• de testes
• de penis
- Hoe heet de laag spierweefsel in het scrotum, en welke functie heeft die?
• m. (musculus- cremaster: kan zich samentrekken waardoor de testes dichter tegen
het lichaam aan komen te liggen. dit zorgt voor een optimale temp. voor de
ontwikkeling v. spermacellen in de testes. het is een skeletspierweefsel die een
uitzondering is op de regel -> mannen kunnen deze niet controleren dus het heeft
het gedrag v. glad spierweefsel
- Waarom kennen geslachtscellen een meiotische deling?
• elke lichaamscel bij de mens bestaat uit 23 chromosomen, waarbij 1 chromosoom v. elk paar
v/d moeder afkomstig is v. 1 v/d vader. tijdens de meiotische deling worden vier cellen of
gameten gevormd met elk 23 chromosoom= haploide cel ( 1 chromosoom v. ieder
chromosomenpaar. bij de versmelding v. haploide spermacel en een haploide eicel ontstaat
1 cel met een normaal chromosomenaantal= 46
è celdeling waarbij gameten of geslachtscellen half zo veel chromosomen hebben als
lichaamscellen
, - Teken en bespreek de weg die spermacellen volgen vanuit de testiskanaaltjes tot buiten?
• testiskanaal à ductuli efferentes à epididymis ( bijbal) à ductus defenrens à
ejaculatiekanaal à urethra à ostium urethrae externum
- Teken en bespreek de bouw van een spermacel.
• bestaat uit 3 duidelijke onderscheiden
1. kop
è bevat een kern die met dicht opeengepakte chromosomen
is gevuld
è a/h uiteinde: acroscoom à bevat enzymen die noodzakelijk
zijn voor bevruchting
2. hals
è bevat beide centriolen v/d spermatide
è middelste gedeelte
è mitochandria gerangschikt is een spiraal
è levert de energie voor de beweging v/d staart
3. staart
è enige vb v/e zweephaar is het menselijk lichaam
è kurkentrekkerachtige beweging ervan stelt de spermacel in
staat om zich voort te bewegen