,colleges verbintenissenrecht hogeschool van amsterdam 2025
, colleges verbintenissenrecht hogeschool van amsterdam 2025
Verbintenissenrecht samenvatting
Hoorcollege week 1
Een verbintenis is een juridische relatie tussen 2 of meer partijen waarbij de ene persoon verplicht is
tot een prestatie waarop de andere persoon recht heeft.
A(recht) verbintenis B(plicht)
Prestatie: betaling
A en b zijn rechtssubjecten van de verbintenis. De prestatie is het rechtsobject van de verbintenis.
Art. 3;296 BW
- Crediteur
- Debiteur
Rechtsvorming=
Er zijn ook verbintenissen die je niet af kunt dwingen. Dat zijn natuurlijke verbintenissen.
( art. 2;6 BW)
Concurrentiebeding= een werknemer zorgt niet voor concurrentie.
Als je iets onverschuldigd betaald, was er geen plicht tot betaling ( art. 6;203 BW)
Bronnen van een verbintenis
Je hebt verbintenissen uit de wet: de verbintenissen ontstaan omdat dit voortvloeit uit de wet.
( art. 6;1 BW) Je hebt ook verbintenissen uit overeenkomst. Deze verbintenissen ontstaan omdat
partijen 9 (ook wel rechtssubjecten) dat willen. Je hebt dan bijvoorbeeld een arbeidsovereenkomst,
koopovereenkomst of een huurovereenkomst. Voorbeeld: kaartje voor Lowlands kopen, recht op
vergoeding. Een overeenkomst bestaat altijd uit aanbod en aanvaarding.
Onrechtvaardig verrijkt: art 6;212 BW
Overeenkomsten zijn wederkerig. Dit houdt in dat de rechten over een weer gaan. Er ontstaan dan
2 of meer verbintenissen uit een overeenkomst. Het is met elkaar verbonden.
Plicht= een schuld
Recgt= een actie
Het recht op levering is een vorderingsrecht, dat is een vermogensrecht ( op geld waardeerbaar).
Je hebt ook uitzonderingen. Een schenkingsovereenkomst is een overeenkomst die niet wederkerig
is. Er ontstaan dan maar een verbintenis. Een schenking is dus een eenzijdige rechtshandeling en
een niet-wederkerige overeenkomst.
Een overeenkomst is een meerzijdige rechtshandeling, waarbij 1 of meerdere partijen jegens een of
meer een verbintenis aangaan. ( art 6;213 BW)
Totstandkoming van een overeenkomst
Een overeenkomst is een meerzijdige rechtshandeling, waarbij een of meerdere partijen jegens een
of meer andere verbintenis aangaan. ( art 6;213 lid 1 bw)
, colleges verbintenissenrecht hogeschool van amsterdam 2025
Een rechtshandeling vereist een op een rechtsgevolg gerichte wil die zich door een verklaring heeft
geopenbaard. Een overeenkomst komt tot stand door een aanbod en een aanvaarding ( art 6;217 lid
1 bw). Een meerzijdige rechtshandeling is als de twee willen overeenkomen.
Aantekening week 1
Art. 6;217 BW
Een overeenkomst komt tot stand door een aanbod en de aanvaarding daarvan.
Rechtsgevolg voorwaardes
Aanbod= rechtshandeling
Aanvaarding= rechtshandeling
Samen is dit een meerzijdige rechtshandeling
Ontvangst theorie: het aanbod is aanvaard als de aanvaarding is ontvangen.
Verzend theorie: het aanbod is aanvaard als de aanvaarding is verzonden
Samenvatting onderwijsweek 1 wat zijn verbintenissen?
1.1 wat is een verbintenis?
Een verbintenis is een juridische relatie tussen 2 of meer partijen, waarbij de ene partij verplicht is
tot een op geld waardeerbare prestatie waarop de andere partij recht heeft. Verbintenissen kunnen
op twee manieren ontstaan. Uit de wet en uit een overeenkomst.
1.2 verbintenissen uit overeenkomst
Dagelijks ontstaan er verbintenissen uit overeenkomst. Je sluit dagelijks wel een koopovereenkomst,
als je iets koopt in de supermarkt bijvoorbeeld. Als je een baantje hebt sluit je een
arbeidsovereenkomst. Een verbintenis uit overeenkomst is dus iets heel gewoons. Een
overeenkomst is dus eigenlijk niet meer dan een afspraak tussen 2 partijen. Deze komt tot stand
door een aanbod en een aanvaarding daarvan. ( art. 6;217 BW). Hieruit moet volgen dat de wil van
de twee partijen overeenstemt. Er moet sprake zijn van een wilsovereenkomst.
Voorbeeld: als je geld leent bij de bank, wordt je verplicht om dit bedrag later terug te betalen. De
bank heeft hiertegenover het recht op terug betaling. Jij bent verplicht iets te doen. Er ontstaat een
verbintenis, maar er ontstaat nog een verbintenis. Voor de bank ontstond namelijk ook de
verplichting tot het geld aan jou te lenen en voor jou het recht op het geld. Dit wordt een
wederkerige overeenkomst genoemd. De verplichtingen noemen we de prestatie. De prestatie is het
object ( rechtsobject) van de verbintenis. Jij en de bank zijn rechtssubjecten. De partij die recht heeft
op een prestatie is de schuldeiser ( crediteur) en degen die de plicht heeft om te presteren is de
schuldenaar (debiteur).
Als een overeenkomst is nagekomen dan houdt de verbintenis op te bestaan, dit noemen we ook wel
het tenietgaan van een verbintenis. Het kan ook echter zo zijn dat de verbintenis niet goed wordt
nagekomen. Dan spreken we van een wanprestatie. Een wanprestatie is een tekortkoming in de
nakoming van een verbintenis.
Een verbintenis kan ook een verplichting inhouden om iets te laten. De prestatie bestaat dan niet uit
iets doen maar iets nalaten. Je mag bijvoorbeeld als je bij een bedrijf werkt niet bij de concurrent
ook gaan werken en daar je kennis vrijgeven. Je laat dit dan na.